In gesprek met Agnes Brinkhof
Agnes Brinkhof heeft ruim 40 jaar ervaring als coach. Het begeleiden van mensen is altijd de rode draad in haar loopbaan geweest. In haar coachingstrajecten besteedt ze veel aandacht aan het op één lijn brengen van waar je van houdt en de richting van je koers: ‘Het proces is niet alleen naar binnen toe gericht, maar ook echt naar buiten toe.’
Agnes, je werkt al heel lang als coach. Hoe is loopbaancoaching op jouw pad gekomen?
‘Zo’n 40 jaar geleden ben ik begonnen met het begeleiden van mensen. Eerst in de psychiatrie, waar we intensief met cliënten én hun systeem werkten. Gaandeweg ben ik meer in een maatschappelijk spoor terechtgekomen: van migranten en vluchtelingen begeleiden tot het leiden van innovatieve projecten.
Loopbaancoaching als professie bestond toen nog niet. Ik stapte altijd vrij organisch van het één in het ander, maar het begeleiden van mensen is altijd de rode draad geweest. En na een sabbatical met mijn gezin in Bhutan, waar ik ook supervisie en trainingen gaf, besloot ik dat het tijd werd om mijn eigen coachingspraktijk te starten. Doordat ik mijn netwerk in de tussentijd goed had onderhouden, had ik bij terugkomst binnen 6 weken al mijn eerste cliënten.’
Bij terugkomst uit Bhutan heb je dus zelf ervaren hoe belangrijk je netwerk is. Is dit ook iets wat je meeneemt in de begeleiding van je cliënten?
‘Mensen kenden mijn kwaliteiten en ik was bereid om op dingen af te stappen. Daar heb ik veel werk uitgehaald. Er zijn mensen, die zich heel erg profileren en veel acquisitie doen. Dat is natuurlijk ook een route, maar die past niet zo bij mij. Ik merkte dat mensen vertrouwen in mij hadden.
Door anderen al vroeg in het traject naar hun kwaliteiten en adviezen voor succes te vragen, krijgen ze heel vaak positieve en realistische feedback
Als mensen bij mij een traject doorlopen, laat ik hen al snel in gesprek gaan met mensen uit hun netwerk, rondkijken en experimenteren. Er hoeft dan nog helemaal niks gekozen te worden, maar door in gesprek te gaan, krijg je een beter beeld van de (on)mogelijkheden. Door anderen al vroeg in het traject naar hun kwaliteiten en adviezen voor succes te vragen, krijgen ze heel vaak positieve en realistische feedback. Dat is spannend, maar het is ook een enorme opsteker. En zo activeer je ook direct je netwerk weer. Ik maak bijvoorbeeld regelmatig mee dat mensen via hun netwerk vacatures doorgestuurd krijgen.’
Op je website schrijf je dat je oog hebt voor hoofd, hart en handen. Waarom zijn deze drie zo belangrijk?
‘Het hoofd dendert vaak mijlenver vooruit. Door alleen na te denken, blijf je soms in oude patronen en in cirkeltjes dwalen. Mensen denken soms te veel en te lang na, maar het is heel belangrijk om ook je hart te laten spreken. Wat wil je nou eigenlijk graag? En waar hou je van?
Overlevingsstrategieën hebben hun waarde gehad, maar houden je soms ook op je plek en blokkeren je om echt in contact te komen met je verlangens en kernwaarden. Door te erkennen waarvoor oude patronen nodig waren en welke kwaliteiten je daardoor ontwikkeld hebt, haal je het oordeel eraf. Dat geeft mensen meer vrijheid om een andere keus te maken.’
Sommige mensen komen heel snel tot een nieuwe koers, anderen hebben meer tijd nodig
Wat kenmerkt jou als loopbaancoach?
‘Mensen voelen zich snel vertrouwd bij mij, waardoor ik snel tot de kern kan komen. Ik ben ook heel praktisch. Dat betekent concreet dat ik mensen in gesprek laat gaan met hun netwerk en handvatten geef over hoe ze dat kunnen aanpakken. De methode Hoogendijk geeft veel mogelijkheden om daar handen en voeten aan te geven. Door praktische stappen te zetten, ga je dat wat je wilt ook integreren. Sommige mensen komen heel snel tot een nieuwe koers, anderen hebben meer tijd nodig. Daar sluit ik goed op aan.’
De gelaagdheid in de loopbaanvraag betekent dat je goed moet kunnen schakelen, terwijl je steeds de loopbaanvraag centraal houdt
Je bent als docent en supervisor betrokken bij de Beroepsopleiding tot Loopbaanadviseur. Je geeft verdiepingstrainingen en de Training Koerstechnieken. Wat vind je het mooist aan je werk voor Vista Nova?
‘Ik hou van het vak en wil dat anderen graag op een gedegen manier leren. Ik vind het belangrijk dat coaches snappen wat zij doen, veel oefenen en zich de methode Hoogendijk eigen maken. Tegelijkertijd ben ik vrij pragmatisch en zit niet zo strak aan één methode vast. Als coach is het van belang om goed te kunnen onderscheiden wat er nodig is. Of je meer de rem eraf moet halen en vaart maken, of juist eerst meer naar binnen moet keren en onderzoeken waar iemand van houdt en wat hem of haar blokkeert. Waar is iemand trouw aan? En is dat passend of niet meer? Wat speelt er op organisatie- en wat op persoonlijk niveau? De gelaagdheid in de loopbaanvraag betekent dat je goed moet kunnen schakelen, terwijl je steeds de loopbaanvraag centraal houdt.
Het mooiste aan mijn werk voor VistaNova vind ik dat ik mensen niet alleen zie groeien en vertrouwen zie krijgen in hun werk, maar ook in hun eigen koers en kwaliteit. De opleiding is sterk gericht op jou als coach, jij bent het instrument. Jezelf kennen en ervarend leren, verruimen je mogelijkheden om anderen in dat proces te begeleiden. Daarnaast biedt de opleiding je heel veel op professioneel vlak en krijg je direct ervaring met loopbaancoaching door het begeleiden van proefklanten en de supervisie daarover. Die combinatie van persoonlijke en professionele ontwikkeling is heel vruchtbaar. De opleiding vraagt een grote tijdsinvestering, maar aan het eind zijn de studenten vaak heel blij met waar ze dan staan. Het is heel dankbaar werk.’
Wat zou jij vanuit jouw kennis en ervaring willen meegeven aan beginnende loopbaancoaches?
‘Je hebt natuurlijk de methodiek en daar moet je vooral meters in maken, maar vind vooral je eigen stijl in je manier van coachen. Het helpt om een sparringpartner te hebben, aan wie je je vragen kunt stellen en die voor jou een spiegel kan zijn. In het begin is het spannend om te coachen. Het is mensenwerk, dus het is fijn als je ook steeds naar jezelf blijft kijken. Wil je zelf een goed klankbord zijn voor een ander, dan moet je je eigen instrument goed gestemd houden.’
Soms is het moeilijk om te ontdekken wat je het liefst wil, en waar je goed in bent. Stress speelt daar vaak een belangrijke rol in. Door hersenonderzoek is steeds meer bekend hoe je door stress juist in je overlevingsstrategieën blijft, hoe stress impact heeft op je lijf. Omdat je steeds van alles moet, je schuldig voelt, vaak conflicten hebt op het werk of juist altijd conflicten uit de weg gaat, wel altijd van alles wil maar niet doet, etc. Dat gevoel van stress wordt ook wel harde tijd genoemd. Door te ervaren wat je lichaam je zegt, anders gezegd door de wijsheid van het lichaam te volgen, komen mensen in zachte tijd. Dan zie je dat mensen meer hun hart durven volgen en komen ze vaak juist sneller in beweging. Daarom werk ik ervaringsgericht. Het gaat om “geaard dromen” anders wordt het niet concreet wat jouw volgende stap is. Als je hoofd en je hart op één lijn zitten, dan kom je makkelijker in actie.’